City toilet

De herintroductie van openbare toiletten in de stedelijke omgeving.

Hoe lang is het geleden dat men zich druk maakte om de openbare toiletten in de stad? Bij veel bestuurders staat dit onderwerp niet op de agenda. En als deze op de agenda staat gaat het al snel over sluiting en slopen omdat openbare toiletten vandalisme aantrekt. En racistische- en seksistische teksten en drugsproblematiek doen het imago van deze voorzieningen ook geen goed.

Door gebrek aan geld voor toezicht en onderhoud verdwijnen deze voorzieningen uit het stadsbeeld alsof ze niet meer voorzien in een behoefte. Wel, dat ze niet meer voorzien in een behoefte is schijn.

Wanneer het gaat om de toegankelijkheid van de binnensteden moet herintroductie van openbare toiletten worden overwogen als verlengstuk van de openbare ruimte.

Het levert een bijdrage aan de gelijkstelling van burgers en vergroot de gastvrijheid van de stad. Ook levert het een bijdrage aan het voorkomen van overlast.

Burgers hebben belang bij dergelijke voorzieningen en in het bijzonder mindervaliden, de groter wordende groep ouderen, kinderen, ouders met kinderen maar ook de ruim 1 miljoen mensen in ons land die last hebben van een overactieve blaas. Maar ook als toerist in vreemde steden ervaren wij het comfort van openbare toiletten.

Daar waar het vroeger ging om de hygiëne in de stad gaat het nu in bredere zin om de toegankelijkheid en leefbaarheid van de stad.

Aangezien het een grote groep mensen betreft die het comfort van openbare toiletten op prijs stelt kan het ontbreken ervan ook als een gemiste economische kans gezien worden.

*****

De mens eet, drinkt en is vrolijk.

En wat erin gaat komt er vroeg of laat weer uit.

In ons preutse landje is dat laatste enigszins naar de kantlijn gedrongen.

Het heeft iets vernederends gekregen.

Het vindt plaats in ons ‘kleinste kamertje’.

Stoelgang, ontlasting, je behoefte doen, afgaan.

Kinderen kleien er mee, tot hen wordt ingepeperd dat het hier een ‘bah’ betreft.

Het zou ons een lief ding waard geweest zijn als de Schepper het anders had opgelost.

In korrelvorm of zo….en via verdamping tijdens de slaap.

Er zijn overigens ook culturen die er anders mee omgaan.

Soldaten tijdens W.O 1 zaten gezellig op de latrine te keuvelen, naast elkaar op een balk.

In de Noorse bossen trof ik in the middle of nowhere een houten toilethuisje aan met duozit.

In de deur een uitgespaard hartje……..

WISMANS EN DE JONG ARCHITECTEN uit Arnhem hebben daarop voortgeborduurd.

Zij ontwierpen een Sanitair Paleis.

Toiletteren is daar een verheffende ervaring.

Zij haakten aan bij het Buitenland, waar zelfs het kleinste gehucht een proper openbaar toilet kent.

Hun basisidee voorziet in twee cirkelvormige bouwlagen met veel glas en openheid.

Een centrum van ontmoeting en informatie

De bovenste verdieping heeft een grotere cirkel dan de onderste.

Daarin kan bijvoorbeeld de VVV gevestigd worden, er staat een grote ‘I’ op.

Het geheel is futuristisch en zeer fraai vorm gegeven.

Alsof er een luchtschip is geland.

Ik zie het al staan op het terrein van de gedempte haven.

Want over dat gebied – tussen Nieuwstraat en Rodenburgstraat – tussen het Kerkplein en de Rijn – kunnen we nu heerlijk onbevangen nadenken, los als we zijn van de knevels van de haven.

Van Haven naar Heaven.

In het Sanitair Paleis is het niet langer ‘ik moet nodig’, maar ‘ik mag nodig’.

Van vernedering naar verheffing.

Zo moet de Schepper het bedoeld hebben……

Dick Tiemens

Arnhem, 2 april 2010

*****

Uitreksel uit een Belgisch activisten rapport, uitgebracht op 19 november 2006, tijdens Wereldtoiletdag.

  “Vandaag zijn de straten en pleinen in onze “beschaafde” westerse wereld over het algemeen netjes geplaveid en helemaal ingericht voor de al dan niet “zwakke” weggebruiker. Er worden miljoenen besteed aan groenvoorziening en allerlei verkeersdrempels en anderssoortige verkeersremmers, bewegwijzering etc etc.  Maar QUID als één van de weggebruikers (voetganger, fietser, automobilist …) plots geconfronteerd wordt met een erg dringende natuurlijke behoefte ?

Vandaag bestaan er heelder (voor-)stadswijken waar je soms na 5 of 10 minuten zoeken nóg geen café gevonden hebt. Openbare toiletten tref je al helemaal nergens meer aan, tenzij je het geluk hebt je in de buurt van een recent (her)aangelegde tramterminus of een station te bevinden. Hoe dan ook, in de 21e eeuw blijf je in dit rijke land bijna voortdurend op een schabauwelijke manier verstoken van de meest essentiële vormen van sanitair comfort. zodra je je op straat begeeft. Het zal je maar overkomen dat je opeens érg dringend “moet”. Mannen weten zich meestal nog uit de slag te trekken als het om een héél dringend plasje gaat : zij verdiepen zich gewoon even van héél dichtbij in de structuur van een of ander soort boomschors of gevelsteen. Als het een plots opkomende, superdringende “grotere” natuurlijke behoefte betreft hebben zijn evenwel nét dezelfde oplossing bij de hand als de iets grotere vrouwelijke helft van onze bevolking : GEEN.

Om aan deze behoefte(n) tegemoet te komen ontbreekt het gewoon al jarenlang aan de nodige goede wil van de dames & heren die geacht mogen worden na te denken over zulke problemen, gezeten in comfortabele zetels in comfortabele openbare gebouwen, compleet met airco en alle modern comfort dat je maar wensen kan. En ook in de café’s waar de spreekwoordelijke “navergaderingen” plaats hebben zijn toiletten nooit véraf, zodat je zelfs na 10 pinten nóg niet in de problemen raakt. Openbare toiletten ? Voor wie dan wel ? En bovendien : zo’n dingen zijn immers enkel geschikt voor vandalenstreken, en véél te duur in het onderhoudJe hoort het ze zeggen ….

Moraal van dit betoog : het probleem blijft echt niet beperkt tot evenementen genre Gentse Feesten of wat dan ook. Goede openbare toiletten horen evenzeer bij een modern ingericht (voor)stedelijk stratennet als verkeerslichten, verkeersdrempels, verkeerslichten etc etc.”,

We besluiten met een citaat van een van de sympathisanten van de Belgische actiegroep,  “Leg mijn blaas het zwijgen niet op,” J. Blockmans

*****